Zorg op maat van elk kind

Onderwijs is niet het vullen van een vat, maar het ontsteken van een vuur

(William Butler Yeats)

Kwaliteitsvolle leerlingenbegeleiding bevordert de totale ontwikkeling van alle leerlingen, verhoogt hun welbevinden, voorkomt vroegtijdig schoolverlaten en creëert meer gelijke onderwijskansen. Op die manier draagt het bij tot het functioneren van de leerling in de schoolse én maatschappelijke context (Decreet leerlingenbegeleiding, 2018 in decreet basisonderwijs art 47 bis).

Onze werking is opgebouwd vanuit het zorgcontinuüm en een gedragen visie op zorg en optimale onderwijskansen.

1. Inleiding

Onze gemoedelijke, kleine dorpsschool verwelkomt steeds een meer diverse waaier aan leerlingen. We merken op dat we vaker in contact komen met andere godsdiensten, kansarme gezinnen, nieuw samengestelde gezinnen,… .  Ons team vindt het belangrijk om steeds te kijken naar de noden en mogelijkheden van alle leerlingen en ons hieraan aan te passen. Onze zorgvisie is dus een continu veranderingsproces. In deze visie tonen we aan hoe we zorg binnen onze school zien en waar we graag naartoe willen evolueren.

2. Waar blinken we in uit?

Elk kind is uniek! Elk kind heeft z’n talenten, eigenheid, interesses maar ook z’n noden, twijfels en onzekerheden. We streven er dan ook naar om elk kind de nodige kansen, mogelijkheden, tijd en ruimte te bieden om zich te ontwikkelen en bij te leren op zijn eigen tempo.

Een leerstoornis, een handicap, een andere taal, een moeilijke thuissituatie,… verdelen de kaarten onder de kinderen vaak op een ongelijke manier. Voor deze kinderen die extra aandacht vragen, willen we inspanningen leveren om ze zo goed mogelijk op te vangen, te integreren en onderwijs aan te bieden volgens hun noden. Een goede communicatie en samenwerking tussen ouders, school, CLB en eventueel externe partners vinden we hierbij enorm belangrijk.

Kinderen ontwikkelen en leren enkel als ze zich goed in hun vel voelen. In onze school hechten we daarom veel belang aan een positief klasklimaat met een ontspannen, open sfeer en plaats voor humor. Een plaats waar ze het woord durven nemen, fouten durven maken en durven tonen hoe ze zich voelen. Het welbevinden van elk kind is voor ons prioriteit.

Door te mogen zijn wie ze zijn en kansen te geven om zich te durven uiten, zullen onze kinderen openbloeien en ten volle kunnen genieten van hun leven op school. Prettig samenleven met elkaar lukt enkel als iedereen zich hiervoor inzet: door respect te hebben voor ieders eigenheid, door eigen tekorten te willen zien en bij te sturen, door vergevingsgezind en eerlijk te zijn, door zorgzaam om te gaan met elkaar en met materiaal.

Wanneer men aanneemt dat kinderen mogen verschillen, aanvaardt men dat zowel het leertraject als het begin- en eindpunt mogen verschillen. Niet alle kinderen moeten op hetzelfde ogenblik en op dezelfde leeftijd hetzelfde kunnen. Niet alle leerlingen moeten op dezelfde wijze geëvalueerd worden. Differentiatie is daarom een zeer belangrijke sleutel in ons onderwijs. Leerlingen verschillen in de manier waarop ze nieuwe leerstof het gemakkelijkste eigen maken. Goed aansluiten bij de diverse leerstijlen van al onze leerlingen blijft een uitdaging voor elke leerkracht.

3. Waar willen we naartoe?

We willen graag kwaliteitsvol en zorgzaam onderwijs blijven bieden voor al onze leerlingen. We blijven zorg en aandacht hebben voor de beginsituatie, mogelijkheden en talenten van elk kind en proberen hierop zo goed mogelijk in te spelen.

Door onze steeds evoluerende leerlingenpopulatie willen we extra inzetten op ons taalbeleid. Als school willen we tegemoet komen aan de individuele noden van leerlingen en leerkrachten door ons taalaanbod uit te breiden. Dit doen we door zinvolle acties uit te stippelen en een gemeenschappelijk taalbeleid verder vorm te geven met ons team.

4. Hoe ziet men in onze school de visie tot op de klasvloer?

Wij willen ons heel bewust tot àlle kinderen richten. Zowel sterke als zwakkere leerlingen willen wij uitdagen, elk op zijn, haar niveau. Ook leerlingen die het om één of andere reden, tijdelijk of voor langere termijn, familiaal, persoonlijk en/of op studiegebied, moeilijk hebben, willen we maximale kansen geven en in de mate van het mogelijke op maat begeleiden.

Wanneer men aanneemt dat kinderen mogen verschillen, aanvaardt men dat zowel het leertraject als het begin- en eindpunt mogen verschillen. Niet alle kinderen moeten op hetzelfde ogenblik en op dezelfde leeftijd hetzelfde kunnen. Niet alle leerlingen moeten op het einde van een schooljaar op dezelfde wijze geëvalueerd worden.

We willen ook een kindvriendelijke school zijn, een school waar kinderen ECHT thuis mogen zijn.

We trachten ook een klimaat te creëren waarin ouders, leerkrachten en directie (en alle andere betrokkenen) mekaar zien als partners in de opvoeding van jongeren en alle kansen aangrijpen om met elkaar in gesprek te treden. Zo kunnen vele misverstanden vermeden worden en zorgen we voor een gerichte en efficiënte pedagogische aanpak.

Elk kind ontwikkelt en leert op een verschillende manier. Als school proberen we tegemoet te komen aan de noden van ieder kind door o.a. voldoende differentiatie en remediëring aan te bieden. Zo krijgen de leerlingen die trager ontwikkelen of de leerstof moeilijker of trager verwerken extra hulp of oefening. Aan de leerlingen die de leerstof vlug verwerken, bieden we verdieping- of verrijkingsleerstof aan.

Ook de sociaal-emotionele ontwikkeling van onze leerlingen vinden we belangrijk. In de klas en op de speelplaats worden deze vaardigheden voortdurend geoefend en bijgestuurd. Leerlingen die hierbij wat hulp nodig hebben, worden extra ondersteund.

De ontwikkeling en leervorderingen van al onze leerlingen wordt grondig opgevolgd door de klasleerkrachten en het zorgteam. Observatiegegevens en resultaten worden bijgehouden in een digitaal zorgdossier.

Het zorgteam werkt erg nauw samen met de klasleerkrachten. Soms ondersteunt de zorgleerkracht mee in de klas, maar de begeleiding kan ook individueel of in kleine groepjes.

Bij ernstige of langdurige problemen gaat het zorgteam samen met de klasleerkracht, ouders en eventueel ook CLB en externen (logopediste, kinesiste, psycholoog, psychiater, …) in overleg. Samen wordt er dan naar de meeste gepaste aanpak gezocht.

Voor leerlingen met speciale noden is er vanuit het ministerie van onderwijs extra ondersteuning voorzien via geïntegreerd onderwijs. Onze school is aangesloten bij Leersteuncentrum stedelijk onderwijs Antwerpen. De contactpersoon voor onze school is Geertje Wuyts. Zij is te bereiken via geertje.wuyts@so.antwerpen.be

Voor algemene vragen over ondersteuning of voor specifieke vragen over de ondersteuning van uw kind binnen de school kan u terecht bij de zorgcoördinator via zorg@gbsdedriehoek.be

4.1. Hoe realiseren we dit?

4.1.1. Zorgen voor een goede preventieve basiszorg voor ALLE leerlingen 

Elk teamlid draagt de verantwoordelijkheid voor de kinderen van zijn eigen leergroep en is bekommerd om alle kinderen van de school. Vanuit die dagelijkse zorg zoekt iedereen mee naar wegen om elk kind zo individueel mogelijk te begeleiden.

4.1.1.1. Zorgen voor… werken aan… in vraag stellen van… evalueren van … bijsturen van …
  • effectieve instructies
  • krachtige leeromgeving
  • veilig klas- en schoolklimaat
  • een adequate school- en klassenorganisatie

Via onze zorgwerking proberen we de kwaliteit van ons onderwijs regelmatig in vraag te stellen en bij te sturen waar nodig.

4.1.1.2. Het hoofd, hart en handen betrekken in het onderwijsaanbod
  • met hedendaagse taal-, wiskunde-, W.O.- methodes werken
  • voor aangename tussendoortjes zorgen, zoals bv. bewegingstussendoortjes
  • aandacht voor socio-emotionele vaardigheden per kind en per klas
  • welbevinden en betrokkenheid opvolgen en trachten te verhogen door het afnemen van bevragingen en hier acties aan te koppelen indien nodig
  • interessante en plezierige uitstappen organiseren (zeeklassen, sportklassen, …)
  • de jarigen van de maand met de hele school vieren
  • de muzische activiteiten krijgen een volwaardige plaats in het lestijdenpakket. Regelmatig worden er klasdoorbrekende creandagen georganiseerd
  • kinderen zoveel mogelijk positief trachten te stimuleren door bv. een beloningssticker, een pluim, een schouderklopje, een opgestoken duim, ster van de week, ...
  • zoeken, werken aan een goede speelplaatswerking om alzo pestproblematiek zoveel mogelijk te vermijden
4.1.1.3. Systematisch verzamelen van gegevens, nauwlettend opvolgen van leervorderingen, welbevinden en betrokkenheid
  • afname van leerlingvolgsysteem wiskunde, spelling en technisch lezen (VCLB) + resultaten analyseren
  • afname bevraging welbevinden en betrokkenheid + resultaten analyseren
  • opvolgen socio-emotionele vaardigheden (volgsysteem, rapport)
  • constante evaluatie (toetsen, klaswerk …)
  • remediëren bij niet-begrepen leerstof
  • noteren, bijhouden en verwerken van info van toetsen, klaswerk, huistaken en info van externen
  • bijhouden van leerling-dossiers
4.1.1.4. Rekening houden met de verschillen tussen leerlingen qua interesse, mogelijkheden, tempo
  • door gedifferentieerd en ev. remediërend te werken in de klas (basis of verrijking)
  • door aangepaste leer- en oefenstof aan te bieden tijdens werkvormen (contractwerk, hoekenwerk,  digitaal via Kai, niveau, …)
4.1.1.5. De zelfstandigheid van elk kind verhogen, opvolgen en ondersteunen
  • gebruik maken van plantaken in 4, 5 en 6
  • tijdens werkvormen (contractwerk, hoekenwerk, groepswerk, …)
  • leerlingen vanaf het 4e leerjaar leren stilaan hun huiswerk te plannen, door taken zelf in te plannen in hun agenda
4.1.1.6. Creëren van een open en veilige school met een lage drempel, ouders als partners beschouwen bij het leer- en ontwikkelingsproces van hun kinderen
  • Ouders zijn altijd welkom op onze school. We willen voor leerlingen en ouders een luisterend oor bieden bij vragen, problemen, bedenkingen inzake opvoeding en onderwijs. De zorgcoördinator is de vertrouwenspersoon voor leerlingen, leerkrachten en ouders. Leerlingen die nood hebben aan een babbel, zijn altijd welkom in ‘t zorgklasje.
  • regelmatig op de hoogte houden van leervorderingen via toetsen, rapport, …
  • ouders zijn op verschillende vlakken een hulp op school (leesouders, hoekenwerk-ouders, creadagen, uitstappen…)
  • ouders worden actief betrokken bij het probleemoplossend handelen via oudercontacten
  • er is een actieve ouderwerking
  • er wordt rekening gehouden in de contacten en de correspondentie met gescheiden en nieuw samengestelde gezinnen
4.1.1.7. Gedragen door een goed samenwerkend team, dat openstaat voor vernieuwingen en bereid is zich te professionaliseren
  • regelmatig overleg tussen klasleerkrachten, alsook klasleerkracht, zoco en zoco-directie
  • op het einde van het schooljaar bespreken van leerling-dossiers en LVS-resultaten met de klasleerkracht van het volgend leerjaar
  • op vraag van de klasleerkracht zorgt de zorgcoördinator voor ondersteuning (op leerling-niveau, leerkracht-niveau)
  • collega’s vervangen elkaar tijdens klasvrije uren indien er bijvoorbeeld oudergesprekken gepland zijn
4.1.1.8. Werken aan en onderhouden van een goed contact met het CLB
  • 3 keer per jaar of afgestemd op specifieke noodbehoefte wordt er een MDO (Multi Disciplinair Overleg) georganiseerd. Dit is een overleg met klasleerkracht, zorgcoördinator, directie, CLB en ev. externe deskundigen, waarbij zorgen worden besproken, strategieën worden uitgestippeld, …
  • Bij het begin van het schooljaar worden de data hiervoor vastgelegd. Naast de MDO’s wordt ervoor gezorgd dat iemand van het CLB maandelijks op school aanwezig is. Er kunnen ook altijd extra overlegmomenten worden afgesproken indien dit nodig blijkt.

 4.1.2. Aanbieden van verhoogde zorg voor leerlingen die het nodig hebben

De verhoogde zorg wordt aangeboden door de klasleerkracht met mogelijke ondersteuning van de zorgcoördinator. Ouders worden steeds geïnformeerd.

Wanneer de preventieve basiszorg in de klas niet volstaat, dienen we onze zorg te verbreden. Bij die kinderen waar de ontwikkeling anders verloopt dan normaal (trager of sneller) en bij de leerlingen die dreigen kansen te missen, is verhoogde zorg noodzakelijk. Er wordt op zoek gegaan naar de onderwijsbehoeften van de desbetreffende leerling en we trachten ons onderwijsaanbod hierop af te stemmen. De verhoogde zorg wordt aangeboden door de klasleerkracht met mogelijke ondersteuning van de zorgcoördinator. Ouders worden telkens geïnformeerd en betrokken bij het nemen van interventies of acties. Dit gebeurt telefonisch, via mail/ Questi of tijdens een persoonlijk gesprek op school.

De verhoogde zorg wordt ook bij een CLB-overleg gemeld door de zorgcoördinator, directie of klasleerkracht. CLB geeft indien nodig advies over mogelijke acties, interventies en/of pedagogisch-didactische maatregelen. Het is voor ons team een uitdaging om zich hierin voortdurend te professionaliseren.

4.1.3. Uitbreiding van zorg

Deze interventies (beschreven in een handelingsplan) worden aangeboden door de klasleerkracht, zorgcoördinator en ev. externe deskundigen

Indien de verhoogde zorg niet voldoende is, wordt overgegaan naar uitbreiding van zorg. Er is nood aan bijkomende inzichten in de onderwijsleersituatie.
Ons schoolteam voelt dat zijn inspanningen én deze van de ouders én van de leerling geen of onvoldoende resultaat opleveren. CLB en ev. externe deskundigen dienen betrokken te worden bij de individuele probleemsituatie.

Onze school zal dan ook een MDO organiseren specifiek rond dit kind. Alle zorgverstrekkers worden hierop uitgenodigd. Het diagnostisch beeld van dit kind zal uitgediept moeten worden (door CLB, optometrist, kinderpsychiater, neuroloog, …) Op basis van een duidelijk diagnostisch beeld kunnen de zorgverstrekkers dan afspraken maken (bv. doorverwijzen naar externe deskundigen, een aangepast leerprogramma opstellen, …) en kan er een handelingsplan opgesteld worden.

4.1.4. IAC (individueel aangepast curriculum)

Leerlingen met een gemotiveerd verslag voor wie de aanpassingen die de school moet doen om met de leerling de gewone leerdoelen te halen, onredelijk of onvoldoende zijn, hebben een individueel aangepast curriculum of leerprogramma nodig.

  • IAC op school
    De klassenraad kiest de leerdoelen op maat van de leerling. Dit is in afstemming met de ouders, het CLB, externe ondersteuners en waar mogelijk met de leerling zelf. Er wordt vertrokken vanuit de ontwikkelingsdoelen (kleuters) en leerdoelen (lagere school) die het bereiken van de eindtermen beogen. Wij hanteren de doelen van Leer Lokaal (OVSG). Dit curriculum kan ook gebaseerd worden op de ontwikkelingsdoelen van het buitengewoon onderwijs en wordt aangepast naargelang de studievoortgang van de leerling. De leerdoelen worden steeds nagestreefd en beogen de maximale ontplooiing van de leerling en een zo volwaardig mogelijke participatie aan het klas- en schoolgebeuren in het gewoon onderwijs. De leerling die een IAC volgt, komt niet in aanmerking voor een getuigschrift basisonderwijs tenzij de onderwijsinspectie de gevolgde leerdoelen als gelijkwaardig beschouwt aan het gewoon lager onderwijs.
  • op zoek gaan naar een school met voldoende specifieke zorgkracht
    Indien nodig wordt er met alle zorgverstrekkers gezocht naar een school die tegemoet komt aan de specifieke noden van de leerling. Indien mogelijk en indien ouders dat wensen, bezoekt de zorgcoördinator samen met hen een school op maat

4.2. Waarop baseren wij onze zorgvisie?

Onze zorgvisie verloopt via een zorgcontinuüm. Alles wat wij op school doen rond zorg, kunnen we kaderen binnen het zorgcontinuüm. Het continuüm is een beschrijving van onze zorgstructuur.

4.2.1. FASE 0: BREDE BASISZORG

De brede basiszorg dient voor alle leerlingen. We werken preventief, differentiëren, zorgen voor een veilig klasklimaat en een goed klasmanagement. Door aandacht te besteden aan de ontwikkelingsbehoeften van elk kind en aan kwaliteitsvol onderwijs, trachten we actief te werken aan het verminderen van risicofactoren en het versterken van beschermende factoren. De klasleerkracht is de spilfiguur binnen de brede basiszorg.

4.2.2. FASE 1: VERHOOGDE ZORG

Wanneer de maatregelen van de brede basiszorg voor leerlingen niet volstaan, kan binnen de reguliere werking extra ondersteuning aan deze leerlingen gegeven worden. De school neemt dan extra maatregelen die ervoor zorgen dat het kind het gemeenschappelijke curriculum kan blijven volgen. Er wordt op zoek gegaan naar de specifieke onderwijsbehoeften van de leerlingen en we trachten ons onderwijsaanbod hierop af te stemmen. De verhoogde zorg wordt aangeboden door de klasleerkracht met mogelijke ondersteuning van de zorgcoördinator of een ander teamlid.

4.2.3. FASE 2: UITBREIDING VAN DE ZORG

Wanneer de verhoogde zorgwerking onvoldoende resultaat oplevert, schakelen we over naar de uitbreiding van de zorg. Hierbij voelt ons schoolteam dat zijn inspanningen en die van de ouders en die van de leerling geen of onvoldoende resultaat opleveren. CLB en eventueel externe deskundigen dienen betrokken te worden. Het CLB start een handelingsgericht diagnostisch traject (HGD) op. Onze school zal dan ook een zorgoverleg organiseren specifiek rond dit kind. Betrokken zorgverstrekkers worden hierop uitgenodigd. Het diagnostisch beeld van dit kind zal misschien uitgediept moeten worden (door kinderpsychiater, neuroloog, …). Op basis van een duidelijk diagnostisch beeld kunnen de zorgverstrekkers dan afspraken maken en kan er een plan van aanpak opgesteld worden. Bij het afronden van het diagnostisch traject en een gemotiveerd verslag komt de leerling in aanmerking voor ondersteuning van het ondersteuningsnetwerk.

4.2.4. FASE 3: INDIVIDUEEL AANGEPAST CURRICULUM (IAC)

Als alle fases doorlopen zijn en het volgen van het gemeenschappelijke curriculum met redelijke aanpassingen niet haalbaar blijkt, kan het CLB een verslag opstellen voor toegang tot buitengewoon onderwijs of voor een individueel aangepast curriculum in het gewone onderwijs. Het CLB onderzoekt de mogelijkheden samen met de ouders, de leerling en de school. Als een leerling een IAC in onze school volgt, kunnen we ondersteuning inschakelen van het leersteuncentrum.

Binnen het zorgcontinuüm kunnen er dus verschillende maatregelen genomen worden om kinderen te ondersteunen. Deze maatregelen kunnen we in volgende groepen indelen:

  • Stimulerende maatregelen:
    Het positieve benadrukken, de leerling aanmoedigen en motiveren.

  • Differentiërende maatregelen:
    Differentiëren speelt in op de verschillen tussen leerlingen en biedt een aangepast traject aan op basis van dit verschil. We bieden dus variaties aan in het onderwijsleerproces om beter tegemoet te komen aan de behoeften van de leerlingen.

  • Remediërende maatregelen:
    ‘Remediëren’ is een specifieke vorm van differentiëren met de bedoeling vastgestelde tekorten weg te werken.

  • Compenserende maatregelen:
    Het aanbieden van hulpmiddelen zodat de leerling de vooropgestelde doelen kan bereiken.

  • Dispenserende maatregelen:
    De school gaat doelen van het gemeenschappelijk curriculum wijzigen/toevoegen/schrappen.
    Dispenserende maatregelen moeten altijd besproken worden met het CLB.
    • Waar mogelijk doelen vervangen door gelijkwaardige doelen.
    • Wanneer doelen niet vervangbaar zijn door andere doelen, beoordeelt de klassenraad of er voldaan is aan het gemeenschappelijk curriculum.

Weetjes over maatregelen:

  • Een medische diagnose is niet nodig voor het implementeren van maatregelen.
  • Overleg is belangrijk.
  • Eerst remediëren en differentiëren, dan pas compenseren en tenslotte dispenseren.
  • Dispenseren gebeurt uitzonderlijk.
  • Hulpmiddelen mogen ook tijdens toetsen en evaluaties gebruikt worden.
  • De klassenraad is een team van personeelsleden dat onder leiding van de directeur samen de verantwoordelijkheid daagt voor de begeleiding van en het onderwijs aan een bepaalde leerlingengroep of een individuele leerling.

Op onze school wordt er gebruik gemaakt van het schema ‘zorgzame overgang’ van OVSG.  Dit geeft een leidraad van welke mogelijkheden er zijn voor leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften:

4.2.5. De uitgangspunten van handelingsgericht werken (HGW) vormen een leidraad voor onze zorgwerking:

4.2.5.1. Ons handelen is doelgericht

Elke handeling, elke stap wordt ondernomen in functie van een afgesproken doel. Doelen zijn de eerste stap bij het formuleren van onderwijsbehoeften. Ze geven aan waar we naartoe willen en bepalen welke info nodig is om efficiënt te handelen. Bovendien worden ze gebruikt om een aanpak te evalueren.

4.2.5.2. De onderwijsbehoeften van de leerling staan centraal

We aanvaarden dat al onze kinderen verschillend zijn. Soms is het zoeken welke aanpak, instructies, opdrachten, materialen, leeractiviteiten, feedback ... nodig zijn voor een bepaald kind om bepaalde onderwijs-of ontwikkelingsdoelen te behalen. Door op zoek te gaan naar wat een leerling nodig heeft om een doel te bereiken, kunnen we ons onderwijs-en opvoedingsaanbod beter afstemmen op de specifieke behoeften van (een) leerling(en). We zien het als een meerwaarde om ouders te betrekken bij het in kaart brengen van deze specifieke behoeften.

4.2.5.3. Het gaat om afstemming en wisselwerking

Kinderen en hun omgeving beïnvloeden elkaar voortdurend. Een kind ontwikkelt zich in interactie met zijn ouders, leerkracht en andere kinderen. Leerkrachten en onderwijsondersteuners analyseren deze wisselwerking zodat zij de situatie rondom een kind beter begrijpen en een goede aanpak, begeleiding kunnen vinden.

4.2.5.4. De leerkracht doet ertoe

Leerkrachten bieden kwaliteitsvol onderwijs aan en leveren daarmee een cruciale bijdrage aan de positieve ontwikkeling van de leerlingen. Om ons onderwijs-en opvoedingsaanbod beter af te kunnen stemmen op wat leerlingen nodig hebben, krijgen ook de ondersteuningsbehoeften van de leerkracht een duidelijke plaats in onze zorgwerking. Teamleden, leersteunbegeleider en zorgcoördinator ondersteunen de klasleerkrachten. Net zoals leerlingen, verschillen immers ook leerkrachten in hun behoeften.

4.2.5.5. Positieve aspecten zijn van groot belang

Onze school vindt het belangrijk om veel aandacht te besteden aan wat goed gaat. Ons ervaren leerkrachtenteam weet dat ‘het positieve’ versterken tot betere resultaten leidt dan het negatieve trachten om te buigen...Zo proberen we onze kinderen heel vaak te bekrachtigen in wat goed gaat, zetten graag hun talenten of sterke punten in de kijker.

4.2.5.6. We werken constructief samen

We trachten een klimaat te creëren waarin ouders, leerkrachten, CLB, leersteuncentrum, directie en alle andere betrokkenen mekaar zien als partners in de opvoeding en ontwikkeling van jongeren en alle kansen aangrijpen om met elkaar in gesprek te treden. Waar mogelijk betrekken we de leerling erbij. Die is immers de eerste betrokkene. Daarnaast proberen we met al de externe partners open en regelmatig te communiceren, zodat onze zorginitiatieven op elkaar afgestemd blijven.

4.2.5.7. De werkwijze is systematisch, in stappen en transparant

Onze zorgstructuur en werking is voor iedereen duidelijk. We maken heldere afspraken over wie doet wat, waarom, waar, hoe en wanneer.

Organisatie en coördinatie van de leerlingenbegeleiding

Onze visie op leerlingenbegeleiding wordt gedragen door het ganse schoolteam. De directie en zorgcoördinator vormen de motor in de coördinatie van alle begeleidingsinitiatieven en stimuleren, steunen en sturen de begeleidingsinitiatieven aan.

De draagkracht wordt versterkt door het gebruik van ondersteunende systemen die dienstdoen om de leerlingenbegeleiding en de ontwikkelingen ervan vorm te geven, op te volgen, te evalueren en bij te sturen.

  • Intern leerlingenbegeleidingsoverleg (tussen leerkracht en zorgcoördinator)
    Gedurende het schooljaar worden er drie vaste momenten (filtergesprekken) vastgelegd om te overleggen over de leerlingen die extra zorg behoeven. Daarnaast houden de leerkrachten en zorgcoördinator elkaar op de hoogte door elkaar meteen te mailen/aan te spreken als er ergens zorgen zouden zijn omtrent een kind. Als er een MDO gepland staat over een kind, wordt er ook steeds een overleg gepland met de klasleerkracht.

  • MDO (met CLB en zorgcoördinator)
    Maandelijks komt het CLB langs op onze school. Het is de bedoeling dat de school dan alle leerlingen met problemen/ zorgen besproken worden. De school bezorgt op voorhand een korte samenvatting aan het CLB van de situatie. Deze samenvatting wordt gemaakt door de zorgcoördinator in samenspraak met de klasleerkracht.

  • Overleg met leersteuncentrum
    De kinderen die begeleid worden door het leersteuncentrum worden op regelmatige basis besproken met de leersteunbegeleider, klasleerkracht en de zorgcoördinator.

  • Overgangsgesprekken
    Op het einde van het schooljaar worden er overgangsgesprekken georganiseerd per klas. Hierbij zijn de klasleerkracht, toekomstige klasleerkracht en eventueel zorgcoördinator of directie aanwezig. Op dit overleg wordt elk kind kort besproken.

  • Oudergesprekken
    Wij kiezen voor een open communicatie met ouders. Als er zorgen zijn, worden ouders snel op de hoogte gebracht. Dit kan aan de hand van bv. een kort telefoontje, maar dit kan ook samen met CLB, externen, .... De directie, zorgcoördinator en klasleerkracht zijn altijd aanwezig bij oudergesprekken. Na elk gesprek worden de gezamenlijke afspraken genoteerd in het LVS en gemaild naar alle betrokkenen.

  • Kindgesprekken
    Gesprekken met kinderen worden zowel formeel als informeel gedaan waarbij de behoeften van het kind centraal staan. Zowel sociaal-emotionele factoren en cognitieve factoren kunnen onderwerp van het gesprek zijn.

Met bovenstaande interventies zorgen wij in De Driehoek voor een warme ondersteuning op maat van elk kind.

Naar top